zondag 30 juni 2013

Nog één keer Uffelter Binnenveld en omgeving

Dit jaar heb ik veel Roodborsttapuiten gezien aan de rand van het veld en het weggetje. Wat hogere struiken, enkele bomen en de paaltjes van de afrastering bieden goede uitkijkpunten over de omgeving, terwijl de lagere, ruige bossages met veel bramenstruiken prima nestgelegenheid bieden. Vrouwtjes manifesteerden zich met het trekken van de staart en de vleugels. Snavels vol insekten en rupsen. Ook grasmussen zijn hier altijd te vinden en veel andere vogelsoorten als vinken, tjiftjaf, fitis, kool-, pimpel- en staartmezen, putters, geelgorzen, merels, lijsters en boompiepers voelen zich hier helemaal thuis.




Nieuw was de ontdekking van een Grauwe Klauwier. Het lastige is echter dat het op enkele boompjes en struiken na een open gebied is, waardoor ik nauwelijks ongezien dichterbij kon komen. Daardoor blijft het fotograferen wel lange-afstandswerk.


Dat geldt ook voor de reeën, altijd op hun hoede en bij het minste of geringste vermoeden van onraad gezwind ervan door. Vanaf de Rijksweg lopen lange greppels door het veld, waarin de dieren vaak verdwijnen. Wanneer ze de benen nemen, blijken er plots niet drie, maar vijf reeën rond te lopen. De donkere wintervacht wordt verwisseld voor lichtere zomerkledij.






Dwars door de bossen van het Uffelter Binnenveld struinde ik rond, toen ik een boomklever met de bek vol rupsjes ontdekte, die zich alsmaar voortbewoog rondom een dode boom met een groot gat. Vermoedelijk een nestruimte, waarnaar hij niet naartoe durfde, omdat er enkele kraaiachtigen in de omringende bomen actief waren. Na dit korte tijd geobserveerd te hebben, gaf ik een flinke klap in de handen en dat was voldoende om de bedreigers te verjagen. En kijk, inderdaad kwam toen de boomklever voorzichtig steeds wat dichterbij. Alle mogelijke uitkijkpunten werden benut, heen en weer, voordat hij vervolgens omzichtig enige malen naar het nest kwam. Daarna heb ik me heel stilletjes teruggetrokken.






Op de terugweg kruiste een zwarte specht mijn pad, maar daardoor werd ik zo verrast, dat de foto's niet het aanzien waard zijn. Gelukkig zijn er dan altijd nog alle vogeltjes op de camping.

 

Roomservice


Eerste pinksterdag kende een heel andere verrassing: dit was de avond van de meikevers!! Toen ik tegen half elf naar het sanitair wilde lopen, vlogen ze ons met massa's om de oren en velen landden in de heggen, waarschijnlijk om zich daar tegoed te doen aan het jonge blad. Overal toonde het gebladerte al vraatplekken. Het was best een gekke ervaring, temeer daar al het gefladder en gekrioel niet lang duurde. Ongeveer een kwartier na het nemen van deze foto's was de rust weergekeerd en waren de kevers vermoedelijk in en onder het gebladerte verdwenen.
Het was al helemaal donker, dus de foto's zijn min of meer op goed geluk en met flits genomen.





Tweede Pinksterdag konden we onze spullen in het zonnetje netjes droog inpakken, klaar voor een volgend uitstapje. Maar dat zou nog wel even duren.






Drents Museum in Assen

Ik vind het leuk om nog iets van het Drents Museum in Assen te laten zien. Het museum heeft regelmatig interessante internationale tentoonstellingen en de nieuwbouw (geopend in november 2011) is alleen al de moeite van een bezoek waard. Dit is een grote ondergrondse ruimte met een gebogen dakconstructie met op verschillende plaatsen vensters, die daglicht toelaten. Het dak aan de buitenzijde biedt ruimte aan de museumtuin, niet alleen met nieuwe beplanting maar ook met oude bomen, zoals een heel oude kastanje.




De tentoonstelling De Sovjet Mythe kwam volledig tot zijn recht in deze moderne en mooi lichte ruimte.






Het oude Koetshuis vormt nu de nieuwe entree tot het museum en daaronder is de publieksruimte met de museumwinkel en de toegang tot de nieuwe tentoonstellingsruimte. Twee grote trappen vormen de verbinding met het oude museumgebouw. Mooi!



Een informatief artikel over de nieuwbouw: http://www.draaijerpartners.nl/l/library/download/2236

zondag 9 juni 2013

Uffelter Binnenveld

De Camping Drentse Patrijs ligt tussen de Rijksweg langs het kanaal aan de voorzijde en een zandweg, die de grens vormt met het Uffelter Binnenveld aan de achterzijde. Je loopt dus zo van de camping het bos in. De term Binnenveld wordt in Drenthe vaak gebruikt voor kleine heideterreinen, omsloten door cultuurlanden. In de tijd die we hier op de camping doorbrachten (meivakantie, Hemelvaartweekend en Pinksterweekend) hebben we bijna dagelijks korte of langere tijd in het Uffelter Binnenveld rondgestruind en hebben de natuur langzaam maar zeker uit de winterslaap zien ontwaken. Het verschil tussen onze aankomst (kale bomen, bloeiende krentenboompjes, nog bruingrassige heidevelden) tot vertrek, vooral na een week afwezigheid, (uitgebloeide krentenboompjes, bloeiende vruchtbomen en Amerikaanse sering, groene eiken en groene graslanden, steeds meer bloeiende kruiden) was opmerkelijk.



Campingbaas Paul maakte me attent op een enorme bosmierenhoop aan de rand van het bos. Tussen bladeren en afvalhoutjes krioelde het van de mieren, grote jongens!





Het Uffelter Binnenveld kent geen uitgestrekte heidevelden, maar bestaat uit gemengde bos- en heidegebieden, die heel willekeurig in elkaar overlopen met een aantal mooie vennen, die allemaal hun eigen karakter hebben. Er zijn ook aanmerkelijke hoogteverschillen met natte lage gedeelten, glooiende bossen en zanderige grasbegroeide duinen. Deze hoogteverschillen zijn aan het einde van de laatste IJstijd ontstaan als gevolg van grote zandstormen.



11 mei: Eindelijk jong groen, dat het winterbruin spoedig zal overvleugelen.


Het Drentsch Landschap is de beheerder van het terrein en het beheer is gericht op een soortenrijke heischralige vegetatie, waarvoor Schotse hooglanders en Schoonebeker heideschapen worden ingezet.


Aan de westzijde loopt een smal paadje door het bos langs de houtwal die grenst aan de open percelen aan de rand van het terrein. Daar lopen vaak reeën, maar je moet wel heel stil sluipen wil je ongemerkt enigszins kunnen naderen. Eén krakend takje onder je schoen en wég zijn ze.









De zon kan de dreigende luchten niet verdrijven en dan barst de bui los, terwijl aan de oostkant de zon nog oplicht. 





Zo plots als de bui losbarstte zo snel was hij ook weer verdwenen.













Hier op de glooiende hellingen zijn enkele restanten uit de tweede wereldoorlog. Heldere poelen hebben zich daar gevormd, waar o.a. salamanders en kikkers zich thuisvoelen. En zo komt er tenminste nog iets goeds voort uit deze ellendige bouwsels.




Niet ver daarvandaan, aan de rand van het veld, staan een aantal dennen en eiken, waar altijd van allerlei vogels te vinden zijn. Aan de buitenzijde vertoeft graag de boompieper, opvliegend en in glijvlucht dalend met zijn kenmerkende fluittonen. Dit keer trof ik hier niet alleen putters, kool- en pimpelmezen, maar ook enkele keren een hele troep kuifmezen. Voor het eerst dat ik die zie, dus leuk



Ik vond een steun tegen een boomstam, maar desondanks was het nog niet zo eenvoudig om een beetje behoorlijke foto's te nemen. De vogeltjes hadden een voorkeur voor de hogere takken en waren heel beweeglijk. Ze vlogen en hipten van tak naar tak met bekken vol rupsen, mieren en andere insekten. Er werd druk met vleugeltjes gewapperd en getwitterd. Kortom: ook hier was het spel der verleiding in volle gang! Ontzettend leuk om leunend tegen een stevige den te observeren. Een enkele keer was ik zo getuige van pril geluk en een enkele foto kan er mee door. 




De vinken lieten zich ook goed gelden, maar af en toe kon dat ook tot een aardig partijtje matten leiden.



Vergane glorie, maar ook dood hout heeft een functie!


20 mei: groen!

Meer informatie op: Natuurkaart.nl
Op een vroege zondagochtend ontmoette ik een meneer met wie ik aan de praat raakte. Al pratend over onze bezigheden in en belangstelling voor het Uffelter Binnenveld, bleek ik met Machiel de Vos van doen te hebben. Hij publiceert over deze omgeving in boek en blog en dat is zeker de moeite waard, niet alleen informatief maar ook voor de prachtige foto's, die hij maakt: http://havelterzand.nl/